Vrijdagavond 16 september jl. is het Integraal Zorg Akkoord (IZA) ondertekend door 13 koepelorganisaties in de zorg, waaronder de FMS. Eerder die dag heeft het NVvR bestuur een bericht gestuurd aan de leden over de stand van zaken van het IZA, maar toen kon nog niet worden ingegaan op de inhoud. Nu het akkoord is gepubliceerd (klik hier voor het hele IZA), kunnen de punten en zorgen worden toegelicht, die de laatste weken vanuit de NVvR zijn ingebracht.
Tijdpad, inbreng en aanpassingen
Op 12 augustus jl. kwam versie 0.9 van het IZA beschikbaar en werden 32 wetenschappelijke verenigingen uitgenodigd om binnen enkele dagen maximaal 3-5 fundamentele punten/breekpunten aan te geven. Het NVvR bestuur heeft hierop een brief met drie punten gestuurd met een aantal tekstvoorstellen. Kort samengevat betroffen deze punten:
- het ontbreken van keuzes bij een toenemende zorgvraag
- de impact van volumenormen op aanpalende behandelingen en diagnostiek
- de noodzaak van gegevensbeschikbaarheid
Op 3 september jl. heeft het NVvR bestuur de definitieve versie 1.0 van het IZA ontvangen, waarin op de drie punten nog enkele aanpassingen hadden plaatsgevonden:
- Er is duidelijker geformuleerd dat er keuzes zullen moeten worden gemaakt en wie daarin welke verantwoordelijkheid heeft, waaronder de overheid en politiek voor het pakketbeheer (welke zorg wordt vergoed uit de basiszorgverzekering). Hoe en welke keuzes er zullen worden gemaakt is vormgegeven in een werkagenda voor alle partijen.
- De volumenormen, om te beginnen voor vaatchirurgie en oncologische zorg, zijn bijgesteld naar 50 tot 100 zorginterventies per locatie en in de uitwerking zal rekening worden gehouden met kennis en ervaring die al voor handen is.
- Het denken in 'gegevensuitwisseling' is nog niet veranderd in 'gegevensbeschikbaarheid', maar er is meer erkenning dat het beschikbaar zijn van gegevens over de grenzen van individuele zorginstellingen heen niet alleen voor de patiënt een noodzakelijke randvoorwaarde is, maar ook voor de zorgverlener en alle doelen die men met het IZA wil bereiken.
Op 7 september jl. heeft het FMS bestuur aan alle wetenschappelijke verenigingen gevraagd in te stemmen met ondertekening van het IZA en te wachten met communicatie tot 14 september, de aanvankelijk beoogde datum van ondertekening door alle partijen.
Passende zorg
Het definitieve IZA is een lijvig document geworden (118 pagina's) om via passende zorg tot een transitie te komen om de zorg toegankelijk, van kwaliteit en betaalbaar te houden. Veel moet nog concreet worden, maar dat er een grote opgave ligt, wordt door alle partijen onderschreven. Of en hoe deze gerealiseerd gaat worden, moet de komende maanden en jaren volgen uit werkagenda's op verschillende onderdelen.
Pagina 12: "De ondertekende IZA partijen onderkennen het belang van de omslag naar passende zorg en ondersteunen de doelen die worden gesteld. Verandering is dringend nodig om de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg te behouden en te verbeteren. De IZA partijen maken in dit akkoord afspraken om de hierboven beschreven transitie te realiseren. In totaliteit is het een werkagenda waar we ons aan verbinden. We zullen de voortgang en haalbaarheid regulier toetsen."
Een zorg die het NVvR bestuur aan de FMS heeft overgebracht, is dat de wetenschappelijke verenigingen verantwoordelijk worden gemaakt voor het inzicht geven en bewijzen van passende zorg.
Pagina 33: "Het inzichtelijk maken van de onderbouwing van en de bewijslast voor passende zorg ligt bij de wetenschappelijke en beroepsverenigingen. Deze onderbouwing wordt gebruikt voor het opstellen van richtlijnen. Omdat Passende zorg een breed perspectief heeft, waar ook de organisatie van zorg onderdeel van is, zoals weergegeven in de 12 uitgangspunten worden patiëntorganisaties en relevante zorgaanbieders betrokken bij de opstelling van richtlijnen."
Het opstellen van richtlijnen op basis van onderzoeksresultaten, wat we als wetenschappelijke verenigingen met elkaar doen, is echter niet hetzelfde als bewijzen van zorg dat deze waarde heeft en doelmatig is. En als zorg niet bewezen is of niet bewezen kan worden, is het daarmee nog geen onzinnige zorg. Ook leiden uitgangspunten van passende zorg, zoals gezamenlijke besluitvorming met de patiënt en dichtbij als het kan, bij een groeiende zorgvraag niet vanzelf tot zorg die past bij de budgettaire kaders en personele schaarste.
Noodzaak tot verandering en verschuiving
Een andere zorg van het NVvR bestuur is dat het IZA zal leiden tot veel overleg en het schrijven van plannen over passende zorg, acute zorg, concentratie van zorg, etc., terwijl intussen in de praktijk tegen de grenzen van de capaciteit en mogelijkheden wordt aangelopen om aan alle zorgvraag te voldoen. Er zullen maatschappelijke keuzes en discussies moeten plaatsvinden over krapte in de zorg en de verdeling van schaarste. Als het aantal zorgprofessionals niet toeneemt, zal goed voor de zittende mensen moeten worden gezorgd én zal de instroom en financiering zodanig moeten worden geregeld dat veranderingen tussen verschillende disciplines en specialismen worden geaccommodeerd.
Tekstvoorstellen van het NVvR bestuur voor het IZA om richtlijnen te vertalen in adviezen over de capaciteit en instroom van zorgprofessionals en de financiering van zorgprofessionals, die uit de opleiding komen, zijn niet overgenomen. De NVvR zal aandacht blijven vragen voor het ontwikkelen van een mechanisme om zorgverschuivingen tussen zorgaanbieders en tussen medische specialismen op duurzame wijze op te lossen en te bekostigen.
Gegevensbeschikbaarheid als randvoorwaarde
In het IZA wordt veel aandacht besteed aan de noodzakelijke digitalisering en gegevensuitwisseling in de zorg.
Pagina 15: "Elektronische gegevensuitwisseling draagt bij aan goede en veilige zorg voor de patiënt/cliënt, verlicht de werkdruk van zorgverleners en is een essentiële randvoorwaarde om de andere doelen uit het IZA te behalen. Om optimaal gebruik te maken van patiëntgegevens moeten deze goed beschikbaar, bereikbaar en voor primair en secundair gebruik herbruikbaar zijn voor andere zorgverleners in het netwerk van de patiënt en de patiënt zelf via een Persoonlijke Gezondheidsomgeving. Partijen in het IZA werken onder regie van VWS aan het wegnemen van knelpunten om ervoor te zorgen dat elektronische gegevensuitwisseling de standaard wordt. Het belang van privacy en gegevensbescherming wordt altijd meegewogen."
Vanuit de NVvR zullen we in aanvulling daarop aandacht blijven vragen voor de functionaliteit en toepasbaarheid voor zorgprofessionals, omdat in de uitvoering van gegevensuitwisseling (of liever: gegevensbeschikbaarheid) nog veel winst kan en moet worden behaald. Het EPD, PACS en andere systemen binnen het ziekenhuis, maar ook over de grenzen van zorginstellingen heen moet de zorg en de zorgverleners faciliteren en niet leiden tot extra handelingen of administratie. Alleen door gegevensbeschikbaarheid van elke patiënt in de eigen werkomgeving van een zorgverlener, kan tijdwinst worden geboekt en de patiëntveiligheid verbeteren. Gegevensbeschikbaarheid is een noodzakelijke randvoorwaarde om elke gewenste beweging van concentratie en spreiding van zorg uit het IZA mogelijk te maken.
De NVvR is betrokken bij vele overleggen en onderzoeken die vanuit VWS lopen op het gebied van gegevensuitwisseling in het algemeen en beeldbeschikbaarheid in het bijzonder. De inzet is hierbij om de functionaliteit en toepasbaarheid in de zorg leidend te laten zijn in de visie en uitwerking van een landelijke infrastructuur, omdat dat nog niet vanzelfsprekend is.
Aan tafel blijven
Bij het voorleggen van het IZA door de FMS aan de wetenschappelijke verenigingen hebben de goede punten uit het akkoord en de rol van de medisch specialisten voor de inhoud van de zorg het zwaarst gewogen. Door het IZA te ondertekenen blijven we aan tafel bij de uitwerking ervan. Vanwege gebrek aan vertrouwen hebben de huisartsen met de LHV niet meegetekend en willen ze eerst een aantal concrete afspraken zien over tarieven en tijd voor de patiënt. In de dagelijkse zorgverlening en samenwerking zijn de huisartsen voor ons een onmisbare partij. De NVvR zal deze ontwikkeling en de uitwerking van het IZA komende tijd blijven volgen en waar relevant betrokken blijven. Zie verder de berichtgeving van de FMS over het Integraal Zorgakkoord van 12 en 14 september jl..