Recent heeft het Regionaal Tuchtcollege (RTG) twee uitspraken gedaan in een klacht die een nabestaande echtgenoot had ingediend tegen een radioloog en een physician assistant. Zowel de radioloog als de physican assistant (PA) zijn door het tuchtcollege berispt.
De zaak in het kort: er is bij patiënt door de PA een leverpunctie uitgevoerd bij een trombocytenwaarde van 25. Het RTG vindt dat de radioloog de leverpunctie niet zelfstandig had mogen laten uitvoeren door de PA en een vorm van toezicht en tussenkomst had moeten bieden.
Daarnaast vindt het RTG dat de PA niet zelfstandig bevoegd was tot het uitvoeren van de leverpunctie. De PA had zowel bij taakherschikking als bij taakdelegatie het uitvoeren van de leverpunctie bij patiënt moeten weigeren.
Zie hier voor de uitspraak van het RTG over de radioloog en hier voor de uitspraak van het RTG over de PA.
De uitspraak is aanleiding om hieronder het verschil tussen taakherschikking en taakdelegatie te verhelderen.
Taakherschikking en physician assistant (PA)
Een PA mag zelfstandig bepaalde voorbehouden handelingen uitvoeren, zoals de voorbehouden handeling van een punctie (art. 36 Wet Big). Die bevoegdheid van de PA om zelfstandig bepaalde voorbehouden handelingen te verrichten is wel aan voorwaarden gebonden: het moet een routinematige, geprotocolleerde handeling betreffen van beperkte complexiteit, waarvan het risico is te overzien (art. 5 lid 3 Besluit opleidingseisen en deskundigheidsgebied PA).
Daar was volgens het RTG in deze casus niet aan voldaan. In deze casus was volgens het RTG sprake van risicovolle omstandigheden, nu een thrombocytenwaarde bestond van 44, later zelfs 25. De ondergrenswaarde in de richtlijn is 50. Bovendien was sprake van een combinatie met antistollingsmedicatie en een agressieve ziekte. Daarom was volgens het tuchtcollege de PA niet zelfstandig bevoegd en had van taakherschikking geen sprake mogen zijn.
De tuchtrechter verwijst in zijn uitspraak naar het Visie-/consensusdocument Taakherschikking PA’s, dat door de NVvR in 2021, in samenspraak met de Nederlandse Vereniging voor Physician Assistants, is opgesteld.
Het RTG stelt in haar uitspraak tegen de PA vast dat de PA onvoldoende op de hoogte was van het verschil tussen taakherschikking en taakdelegatie. De PA voerde bij het tuchtcollege aan zich niet vrij te voelen om de opdracht te weigeren.
Een opdracht is een indicatie van taakdelegatie en niet taakherschikking. Het RTG vraagt zich daarom af of deze PA wel een zelfstandige positie had. Want het al dan niet ‘aanvaarden van een opdracht’, waarover wordt gesproken, past niet in een zelfstandige functie-uitoefening.
Maar als er geen sprake is van taakherschikking, gaat het hier dan om delegatie?
Taakdelegatie en physician assistant (PA) of MBB’-er
Taakdelegatie betekent dat de radioloog verantwoordelijk blijft, maar bepaalde taken - onder voorwaarden - kan overdragen aan een PA, of een MBB’-er. Zie daarvoor ook de Notitie Delegatie van voorbehouden handelingen die de AV NVvR van 6 maart 2025 heeft vastgesteld.
Aan die voorwaarden voor taakdelegatie was in deze tuchtrechtelijke casus echter volgens het RTG evenmin voldaan: de radioloog had de PA wel aanwijzingen gegeven, maar er waren geen afspraken gemaakt over toezicht houden, noch bestond de mogelijkheid van tussenkomst. Ook overleg was slechts minimaal mogelijk doordat de radioloog ingedeeld was op de acute radiologie.
Het is helder dat de radioloog de verantwoordelijkheid voor taakdelegatie in praktijk ook echt moet nemen en nader invullen. Volgens het RTG was daarvan hier geen sprake. Vandaar dat ook de radioloog door het tuchtcollege wordt berispt.
Lees meer:
Tuchtrechtuitspraken radiologie op deze website
Leerpunten uit tuchtrechtuitspraken door commissie Kwaliteit NVvR
FMS over Taakherschikking
KNMG: Overzicht beroepen en voorbehouden handelingen Wet BIG
Over de tuchtuitspraak volgt nog een artikel in Medisch Contact. Radioloog Wulphert Venderink is daarbij gevraagd om commentaar.