Nieuwe richtlijn desinfectie huid en slijmvliezen plus puncties

De SRI-richtlijn desinfectie huid en slijmvliezen plus puncties beschrijft de beste zorg voor huiddesinfectie voorafgaand aan ingrepen en voorzorgsmaatregelen bij puncties, biopten en intra-articulaire injecties.
Bij laagrisico-onderzoeken, zoals mammabiopten en oppervlakkige lymfklierpuncties, volstaat handhygiëne en huiddesinfectie. Deze wijziging biedt besparingsmogelijkheden op materialen, zoals handschoenen, afdekdoeken en wegwerpbiopteurs.

Deze nieuwe richtlijn van het Samenwerkingsverband Richtlijnen Infectiepreventie (SRI) vervangt de oude WIP-richtlijn. De NVvR was niet betrokken bij de werkgroep, maar wel bij de knelpunteninventarisatie en commentaarronde.

De oude WIP-richtlijn omschreef strikte voorzorgsmaatregelen met gebruik van een steriel werkveld, steriele handschoenen en een steriele wegwerp gun bij oppervlakkige biopten. Er is een toenemend besef dat infectiepreventiemaatregelen bij biopten en puncties veel afval genereren, en mogelijk niet evenredig zijn met een afname van het infectie risico. 
Uit een enquête van de NVvR sectie mammaradiologie in 2023 bleek bovendien dat 80% van de mammaradiologen geen verschil zag in infectiepercentage sinds invoering van de WIP-richtlijn.

De nieuwe SRI-richtlijn maakt onderscheid in 4 verschillende risicogroepen, met bijbehorende infectiepreventiemaatregelen.
Voor de radiologie zijn risicogroepen 1 en 3 van belang.
In risicogroep 1 vallen de puncties, biopten en injecties met het laagst risico op een infectie, waaronder mammabiopten, oppervlakkige lymfklierbiopten en schildklierpuncties. Bij deze risicogroep is alleen handhygiëne (zie richtlijn Handhygiëne en persoonlijke hygiëne medewerker) en huiddesinfectie nodig.
In risicogroep 3 vallen de puncties en biopten van organen of holten met een hoger risico op infectie, zoals lever-, nierbiopten en puncties van diep gelegen lymfklieren (intra-abdominaal of intra-thoracaal). Hierbij wordt geadviseerd om huiddesinfectie, handhygiëne toe te passen en steriele handschoenen, steriel afdekmateriaal en een steriel werkveld te gebruiken. Voor deze categorie biopten verandert er niet wezenlijk veel.

Met name de wijziging voor oppervlakkige biopten geeft mogelijkheden om afval te besparen. Denk aan reductie in gebruik van (steriele en niet-steriele) handschoenen, steriele afdekdoeken, de transducer cover en de wegwerp biopteur.

Klik hier voor meer informatie over SRI-richtlijnen binnen de medisch-specialistische zorg.
Klik hier voor meer informatie over duurzaamheid binnen de radiologie.